0113 - 311815
078-7440182
info@advema.nl

Pensioen opbouwen

Het pensioen lijkt voor sommigen misschien nog ver weg, maar toch is het belangrijk om u nu alvast voor te bereiden op de toekomst. Door u goed te verdiepen in het pensioen weet u waar u aan toe bent op het moment dat u stopt met werken en komt u niet voor verrassingen te staan.

In Nederland is het pensioen opgebouwd uit drie pijlers. De eerste pijler is de AOW-uitkering. Bent u werkzaam in Nederland of woont u in Nederland? Dan bouwt u AOW op. De AOW-uitkering bouwt u op via de overheid en wanneer u de AOW-leeftijd bereikt, krijgt u maandelijks een bedrag uitgekeerd tot het overlijden. De AOW-leeftijd is momenteel 66 jaar en 10 maanden (2023) en vanaf 2024 zal dit stijgen naar 67 jaar. De leeftijd voor AOW stijgt omdat mensen gemiddeld steeds ouder worden en dus ook langer kunnen blijven werken. Hoeveel AOW-uitkering u ontvangt, hangt onder andere af van uw woonsituatie en hoelang u in Nederland heeft gewoond. Heeft u bijvoorbeeld een aantal jaar buiten Nederland gewoond? Dan is de uitkering waarschijnlijk lager. Omdat de AOW-uitkering relatief laag is, zijn er mogelijkheden om dit bedrag aan te vullen vanuit de tweede en derde pijler.

De tweede pijler staat voor het pensioen dat werknemers in Nederland opbouwen via hun werkgever. Bent u in dienst bij een werkgever? Dan is de kans groot dat u via een collectieve pensioenregeling een pensioen opbouwt. Werkgevers bieden dit vaak als secundaire arbeidsvoorwaarde, maar in de meeste cao’s staat het vast dat werknemers een pensioen op moeten kunnen bouwen. Ook is het verplicht om een collectieve pensioenregeling te hebben wanneer een bedrijf valt onder één van de verplichte bedrijfstakpensioenfondsen.

Het opbouwen van het pensioen gaat in de meeste gevallen door het maandelijks betalen van premie en wordt meestal ingehouden van het brutoloon. De regelingen voor het opbouwen van pensioen die het meeste voorkomen in Nederland zijn de middelloonregeling en de beschikbare premieregeling. Bij de middelloonregeling wordt het pensioen berekend aan de hand van het gemiddelde salaris dat de werknemer door de jaren heen heeft verdiend. Bij de beschikbare premieregeling is de hoogte van het pensioen afhankelijk van de opbrengst van de betaalde premie. De premie kan namelijk worden gebruikt als kapitaal of om mee te beleggen. Dat tweede brengt echter wel de nodige risico’s met zich mee. Zo kunt u soms, afhankelijk van de beleggingen en de koersen, uitkomen op een lager pensioen dan u in eerste instantie had verwacht. Anders dan met de AOW-uitkering, wordt het pensioen in deze pijler uitgekeerd wanneer de pensioenleeftijd is bereikt.

Naast het ouderdomspensioen dat u opbouwt via de werkgever, bouwt u ook vaak een nabestaandenpensioen op. Dit is een pensioen voor uw achterblijvende gezin, zoals uw partner (partnerpensioen) of kinderen (wezenpensioen). Hoe hoog dit pensioen is, hangt af van de hoogte van uw pensioenregeling. In de meeste gevallen krijgt uw partner 70% van het pensioen dat u ontvangen zou hebben en uw kinderen zo’n 15%.

Tot slot is er de derde pijler. Deze pijler staat voor het individueel pensioensparen. De pijler is erg belangrijk voor de mensen die geen pensioen opbouwen binnen de tweede pijler, zoals zelfstandig ondernemers, maar ook zeker voor de mensen die het pensioen nog verder willen aanvullen. Het kan voor sommigen moeilijk zijn om enkel van het inkomen uit de eerste pijler en soms tweede pijler rond te komen en daarom is het verstandig om zelf een potje te maken voor later. Hier zijn gelukkig verschillende mogelijkheden voor, zoals sparen, levensverzekeringen, beleggen en koopsommen.

De meest voorkomende individuele pensioenvoorzieningen zijn misschien wel de lijfrenteverzekering en het banksparen. U kunt ervoor kiezen om een lijfrenteverzekering af te sluiten bij een bank, verzekeraar of beleggingsinstelling. U betaalt vervolgens maandelijks een premie en hiermee spaart u voor een kapitaal dat u krijgt uitbetaald vanaf het moment dat u de AOW-leeftijd bereikt tot aan het overlijden. Bij banksparen, ook wel bancaire lijfrente genoemd, opent u een bankrekening in plaats van dat u een verzekering afsluit. U spaart als het ware geld op deze rekening en dit krijgt u bij het bereiken van de AOW-leeftijd uitbetaald. Bij banksparen spreekt u af in hoeveel jaar u het bedrag krijgt uitgekeerd. Het geld dat op de rekening staat wanneer u komt te overlijden, gaat naar uw nabestaanden. Dit is niet het geval met de lijfrenteverzekering; de uitkering stopt dan.

Doorwerken na uw pensioen?

Vindt u uw werk heel erg leuk en wilt u eigenlijk nog niet stoppen met werken? Of wilt u graag gewoon nog wat bijverdienen naast uw AOW en pensioen? In de meeste gevallen zou dit geen probleem moeten zijn. U ontvangt gewoon de AOW-uitkering wanneer u de AOW-leeftijd heeft bereikt. Dit is omdat de uitkering niet afhankelijk is van uw inkomen en dus krijgt u de AOW gewoon uitgekeerd naast uw salaris. Voor het pensioen dat u heeft opgebouwd binnen de tweede en derde pijler heeft u verschillende keuzes. U kunt ervoor kiezen om uw pensioen in te laten gaan op de pensioenleeftijd die in uw voorwaarden beschreven staat of u kunt uw pensioen uitstellen; u krijgt dan uw pensioen op een later moment, wanneer u bijvoorbeeld wel stopt met werken. Ook kunt kiezen voor eerst een wat lagere uitkering, omdat u een salaris en AOW-uitkering ontvangt en een hogere uitkering wanneer u toch besluit te stoppen met werken. U moet er rekening mee houden dat u over uw inkomsten gewoon belasting blijft betalen, ook als u de AOW-leeftijd heeft bereikt. Daarnaast is het ook goed om te weten dat een extra inkomen naast uw AOW en pensioen invloed kan hebben uw toeslagen.

Hypotheek en pensioen

Wanneer u met pensioen gaat, is de kans groot dat uw persoonlijke financiën er heel anders uit komen te zien. In de meeste gevallen valt het salaris weg en ontvangt u de AOW-uitkering en pensioen vanuit de eerste en/of tweede pijler. Het inkomen dat u binnenkrijgt na het pensioen kan invloed hebben op uw maandelijkse lasten, zoals bijvoorbeeld de hypotheek. Kunt u bijvoorbeeld de hypotheek nog wel betalen met een lager inkomen? Als u een aflossingsvrije hypotheek heeft, heeft u dan wel genoeg kapitaal gespaard? En hoe zit het hypotheekrenteaftrek? Vervalt deze wanneer u met pensioen gaat? Wij raden aan om nu alvast goed te kijken naar het pensioen en welke invloed dit kan hebben op uw hypotheek. Zo weet u waar u aan toe bent op het moment dat u met pensioen gaat.

Wij van Advema zijn gespecialiseerd op het gebied van pensioen en helpen u graag wanneer het aankomt op uw oudedagsvoorziening. Onze financieel experts gaan graag met u in gesprek over uw pensioen en brengen een onafhankelijk pensioenadvies uit dat past bij uw situatie. Zo kijken we naar hoe en hoeveel pensioen u opbouwt, wanneer u met pensioen kunt gaan, hoe u uw pensioen kunt regelen als u bijvoorbeeld een zelfstandig ondernemer bent, wat er gebeurt met uw pensioen als uw persoonlijke situatie verandert en tevens bieden wij advies vanaf het moment dat u uw pensioen krijgt uitgekeerd. Hierbij houden we rekening met uw totale financiële planning. We luisteren naar uw wensen en brengen mogelijkheden en kansen in kaart.

Wilt u zich financieel goed voorbereiden op de toekomst met uw pensioen? Vraag een vrijblijvend gesprek aan met één van onze pensioenadviseurs en kom erachter wat Advema voor u kan betekenen!

Bel direct:

078-7440182

Adresgegevens

  • Amstelwijckweg 15
  • 3316 BB Dordrecht

Mail direct:

makelaardij@advema.nl

Bel direct:

0113 - 311815

Adresgegevens

  • Biezelingseweg 2b
  • 4421 KN Kapelle

Mail direct:

info@advema.nl